De volgende werkzaamheden worden uitgevoerd bij scope 2: 

• De algemene installatie gegevens worden gecontroleerd en vergelijken met het EBI rapport.
• Het brander management systeem wordt gecontroleerd en diverse gegevens worden vastgelegd.
• Aanwezige beveiligingen worden gecontroleerd op werking, afstelling en er wordt gecontroleerd aan de hand van het basisverslag, conclusies worden vastgelegd in het inspectie rapport.
• De verbranding van de installatie wordt gecontroleerd, en de grenswaarden worden gecontroleerd aan de hand van het EBI rapport, meet gegevens worden vastgelegd in het inspectie rapport.
• Er wordt gecontroleerd of alle noodzakelijke (medium)beveiligingen aanwezig zijn, de werking gecontroleerd en grenswaarden gecontroleerd op basis van het EBI rapport.
• Voor het testen van deze beveiligingen is het noodzakelijk de installatie te schakelen.
• De opstelplaats wordt beoordeeld, en de hoofdzaken worden vast gelegd in het rapport.
• Er wordt een checklist opgesteld met de zaken waar bij het vervolg onderhoud en inspecties op gecontroleerd moet worden.
• Conclusies worden samengevat in een eindbeoordeling.

Het resultaat:

Het resultaat staat in een Periodiek Inspectie rapport beschreven, en bij de eindconclusie opmerkingen geplaatst met betrekking op de staat en bedrijfsvoering van de installatie, hierin kunnen ook adviezen zijn opgenomen. Wanneer er geen afkeuringen zijn opgenomen, wordt een “verklaring van inspectie” afgegeven, dit is een verklaring waar de handhaving veelal omvraagt als bewijs voor de inspectie. Het inspectie rapport vormt samen met eventuele extra informatie de basis voor vervolg inspecties en onderhoud. Wij adviseren om dit Periodiek Inspectie rapport samen met het basisrapport, toestel documentatie en logboek in een map bij de installatie te bewaren, samen vormen zij dan het “basis verslag”